De krantenkoppen zijn spectaculair: 2.435 in beslag genomen containers, 800 miljoen euro aan belastingschade, aanhoudingen in vier landen. Met Operatie Calypso heeft het Europees Openbaar Ministerie (EOM) een van de grootste klappen uitgedeeld aan georganiseerde douane- en belastingfraude in de geschiedenis van de EU. Centraal staat een systeem dat volgens de aanklagers wordt bestuurd door Chinese netwerken en dat al jarenlang op grote schaal invoerrechten en btw ontwijkt.
Maar achter de indrukwekkende cijfers en beelden van in beslag genomen e-bikes en textiel schuilen complexe juridische vragen – met name voor bedrijven, transporteurs en importeurs die plotseling in het vizier van onderzoekers zijn gekomen. Als strafverdediger met een specialisatie in belastingstrafrecht en als commentator op het werk van het Europees Openbaar Ministerie zie ik in deze zaak niet alleen een voorbeeld van effectieve strafvervolging, maar ook een waarschuwing voor iedereen die actief is in de internationale handel. Vooral de vermogensconfiscatie – een instrument dat in dergelijke gevallen vaak rigoureus wordt ingezet – brengt aanzienlijke risico’s met zich mee, maar biedt ook verdedigingsmogelijkheden.
Een doortrapte constructie: Hoe Chinese netwerken de EU voor honderden miljoenen bedrogen
De haven van Piraeus, een van de grootste van Europa, was het epicentrum van een crimineel verdienmodel dat al minstens acht jaar functioneerde. De methode was eenvoudig, maar effectief: Goederen zoals e-bikes, schoenen en textiel werden uit China naar de EU geïmporteerd, maar in de douanepapieren werd slechts een fractie van hun werkelijke waarde vermeld. In plaats van 100 e-bikes in een container te declareren, gaven de daders vaak slechts 10 of 15 op. Hierdoor ontweken ze niet alleen de antidumpingrechten die de EU heft op goedkope Chinese producten, maar bespaarden ze ook miljoenen aan btw. Maar dat was slechts het begin. De goederen werden via een netwerk van brievenbusfirma’s in verschillende EU-landen gesmokkeld voordat ze op de zwarte markt belandden. De winsten vloeiden via ondoorzichtige kanalen terug naar China, terwijl de Europese belastingdiensten met lege handen achterbleven.
De omvang van de fraude is adembenemend: Het EOM schat de totale schade op minstens 800 miljoen euro, waarvan 250 miljoen euro aan ontdoken invoerrechten en 450 miljoen euro aan niet-betaalde btw. Bij de razzia’s werden niet alleen containers in beslag genomen, maar ook 5,8 miljoen euro aan contant geld, luxe goederen en onroerend goed. Bijzonder brisant: Onder de gearresteerden bevinden zich ook twee Griekse douaneambtenaren die verdacht worden van het vervalsen van documenten. Dit toont aan hoe diep de betrokkenheid in deze zaak reikt – en hoe systematisch de daders te werk gingen.
Maar wat op het eerste gezicht een duidelijke zaak van georganiseerde criminaliteit lijkt, werpt voor veel betrokkenen die niet direct tot de hoofdrolspelers behoren, existentiële vragen op. Wat gebeurt er met transporteurs, opslagbedrijven of handelaren die onbewust in deze structuren zijn beland? Wat betekent de inbeslagname van goederen en rekeningen voor hun bedrijf? En hoe kunnen ze zich verweren?
Vermogensconfiscatie: Een scherp zwaard met juridische grijze gebieden
Een centraal instrument voor onderzoekers in dergelijke gevallen is de vermogensconfiscatie. Dit klinkt in eerste instantie logisch: Wat door een strafbaar feit is verkregen, moet van de dader worden afgenomen. In de praktijk is de scheidslijn echter vaak allesbehalve duidelijk. Het Duitse recht maakt onderscheid tussen wederrechtelijk verkregen voordelen (dat wat direct uit het strafbare feit voortvloeit), middelen voor het plegen van het misdrijf (voorwerpen die gebruikt zijn om het misdrijf te plegen) en voorwerpen van het misdrijf (de goederen zelf). Theoretisch mogen alleen de wederrechtelijk verkregen voordelen zonder beperking in beslag worden genomen. In de praktijk komt het echter vaak voor dat autoriteiten pausaal te werk gaan – en daardoor ook legaal vermogen in gevaar brengen.
Hier ligt een aanzienlijk verdedigingspotentieel. Rechtbanken hebben vaak moeite met het maken van een duidelijke scheiding tussen deze categorieën. Een transporteur die een container heeft vervoerd zonder te weten van de onjuiste declaratie, ziet zich plotseling geconfronteerd met de inbeslagname van zijn hele wagenpark. Een opslagbedrijf dat goederen heeft opgeslagen, kan mogelijk zijn hele bedrijf verliezen omdat het Openbaar Ministerie de goederen als „voorwerpen van het misdrijf” bestempelt. Maar niet alles wat met een strafbaar feit te maken heeft, mag ook in beslag worden genomen. Verdedigers slagen er vaak in dergelijke maatregelen aan te vechten – bijvoorbeeld door aan te tonen dat de cliënt geen kennis had van het strafbare feit of dat de confiscatie onevenredig zou zijn.
De situatie wordt vooral kritiek wanneer het Europees Openbaar Ministerie (EOM) betrokken is. Het EOM heeft vergaande bevoegdheden en kan grensoverschrijdend vermogen veiligstellen. Maar ook hier gelden grondrechten en proceswaarborgen: Het vermoeden van onschuld moet worden gerespecteerd en de confiscatie moet proportioneel zijn. Wie hier tijdig juridische stappen onderneemt, kan vaak gedeeltelijke successen boeken – zoals de vrijgave van rekeningen of goederen die niet direct verband houden met het misdrijf. In mijn commentaren op het werk van het EOM benadruk ik steeds hoe belangrijk het is om in dergelijke gevallen onmiddellijk op te treden. Eenmaal in beslag genomen, is het vaak moeilijk om vermogensbestanddelen terug te krijgen.

Een wake-upcall voor de internationale handel
Operatie Calypso is een wake-upcall. Het laat zien hoe vastberaden de EU is in de strijd tegen douane- en belastingfraude – en hoe snel ook onschuldige bedrijven in de problemen kunnen komen. Maar het biedt ook een kans: Wie zijn processen nu op orde brengt en in noodgevallen consistent zijn rechten verdedigt, kan erger voorkomen.
Als duitse strafverdediger raad ik mijn cliënten altijd aan: Wacht niet tot het Openbaar Ministerie voor de deur staat. Preventief juridisch advies kan helpen om risico’s te minimaliseren. En wie al betrokken is bij een onderzoek, moet onmiddellijk handelen – voordat goederen, rekeningen of zelfs het hele bedrijf verloren gaan. Het EOM zal blijven optreden. Maar wie de juridische speelruimte kent, hoeft niet machteloos toe te kijken. De balans tussen effectieve strafvervolging en eerlijke vermogensconfiscatie blijft een van de grote uitdagingen van de komende jaren. Het is aan ons als verdedigers om ervoor te zorgen dat de rechtsstaat en proportionaliteit niet uit het oog worden verloren.
Wat bedrijven en importeurs nu moeten doen
Operatie Calypso is geen geïsoleerd geval. Het EOM heeft aangegeven soortgelijke structuren ook in andere havens – zoals Rotterdam of Hamburg – te zullen vervolgen. Voor bedrijven die actief zijn in de internationale handel betekent dit: De risico’s zijn toegenomen. Wie handelt met importen uit China, moet zijn compliance-processen dringend controleren. Worden goederen correct gedeclareerd? Zijn er plausibele bewijzen voor de toeleveringsketen? Worden douane-expediteurs en transporteurs voldoende gecontroleerd? Zo niet, dan lopen ze niet alleen het risico op belastingaanslagen, maar ook op strafrechtelijke onderzoeken.
Zelfs wie al in een onderzoek betrokken is, heeft handhavingsmogelijkheden:
- Vraag inzage in het dossier aan om de beschuldigingen nauwkeurig te onderzoeken.
- Gebruik het “derden-effect-argument”: „Ik was slechts een dienstverlener, geen dader!”
- Zoek onderhandelingsoplossingen, zoals een melding van onregelmatigheden in het belastingstrafrecht, om strafvermindering te bereiken.
- Ondernem juridische stappen tegen buitensporige inbeslagnames.
Vooral op het gebied van het voorkomen van witwassen zal het in de toekomst nog strenger worden. Bedrijven moeten transacties met China bijzonder goed documenteren en ongebruikelijke geldstromen vermijden. Wie hier slordig te werk gaat, riskeert niet alleen boetes, maar ook het verlies van al zijn vermogen.
- „Operatie Calypso” en de macht van het Europees Openbaar Ministerie (EPPO) - september 17, 2025
- Strafrechtelijke vervolging van cybercriminaliteit in Duitsland: cybercriminaliteitsonderzoeken in verandering - september 16, 2025
- Darknet-Drogenversand tussen Heerlen en Aachen - september 12, 2025