Categorieën
Cybercrime & Cybersecurity

Cyberdiplomatie begrijpen als strategische noodzaak

Cyberoorlog, cybercriminaliteit en de nieuwe geopolitiek van digitale soevereiniteit: de digitale sfeer is niet langer alleen een technologisch terrein, maar een slagveld van geopolitieke belangen. Staten strijden om invloed, bedrijven om marktaandeel en niet-statelijke actoren gebruiken cyberspace als arena voor spionage, chantage en zelfs digitale sabotage – een van de redenen waarom ik steeds op dit onderwerp terugkom.

Ik was geïnteresseerd in het Handboek voor de praktijk van cyberdiplomatie, gepubliceerd door vooraanstaande experts op dit gebied, dat licht werpt op het toenemende belang van diplomatieke strategieën in cyberspace. Het biedt zowel een historische context als een pragmatische analyse van de bestaande diplomatieke mechanismen waarmee staten orde proberen te scheppen in een digitaal gefragmenteerd mondiaal systeem vol machtsbelangen.

Dit gaat over veel meer dan alleen cyberbeveiliging: het gaat over machtsprojectie, economische dominantie en de vraag wie de regels bepaalt in de digitale ruimte.

Cyberaanvallen als geopolitiek instrument: van hybride oorlogsvoering tot digitale soevereiniteit

Cyberoperaties hebben zich al lang bewezen als strategische instrumenten. Staten gebruiken ze om politieke tegenstanders te destabiliseren, militaire conflicten te flankeren of economische voordelen te behalen. De aanval op de Oekraïense infrastructuur door Russische hackersgroepen, China’s gerichte industriële spionage of de vermeende inmenging in democratische verkiezingen door digitale beïnvloedingscampagnes zijn slechts enkele voorbeelden die illustreren hoe cyberoorlogsvoering een integraal onderdeel is geworden van het buitenlands beleid van staten.

Cyberdiplomatie is een poging om deze groeiende chaos tegen te gaan door standaardisatie, internationale overeenkomsten en multilaterale samenwerking. Het handboek laat zien dat diplomatieke inspanningen vaak worden gekenmerkt door wantrouwen: Staten zijn terughoudend om zich vast te leggen op bindende regels uit angst om hun eigen digitale offensieve mogelijkheden te beperken. Tegelijkertijd zijn de mechanismen om internationale overeenkomsten af te dwingen zwak.

De kwestie van digitale soevereiniteit is bijzonder controversieel. Terwijl westerse democratieën voorstander zijn van een open en op regels gebaseerd internet, voeren autoritaire staten zoals China en Rusland een beleid van digitale isolatie. Cyberspace is het toneel geworden van een nieuw systemisch conflict: Aan de ene kant zijn er staten die een vrij toegankelijk internet eisen dat wordt gereguleerd door internationale normen. Aan de andere kant zijn er landen die streven naar digitale zelfvoorziening en de informatiestroom willen beperken door technologische controlemechanismen.

Staatshackers in een oogopslag

Tot de belangrijkste internationale actoren behoren staatsactoren uit Rusland, China en Iran. Deze landen gebruiken verschillende tactieken om hun geopolitieke belangen te bevorderen en de stabiliteit van de Europese democratieën te ondermijnen. Het belang van cyberdiplomatie moet worden erkend.

Naast de belangrijkste actoren die hieronder worden genoemd, zijn er ook andere landen en niet-statelijke actoren die verkiezingen in Europa proberen te beïnvloeden. Dit zijn bijvoorbeeld groepen die namens regeringen of uit eigenbelang handelen om bepaalde politieke agenda’s te bevorderen. Deze actoren gebruiken verschillende methoden, waaronder cyberaanvallen, desinformatie, economische druk en diplomatieke manoeuvres om hun doelen te bereiken. De Europese Unie en haar lidstaten staan voor de uitdaging om deze bedreigingen te herkennen en tegen te gaan om de integriteit van hun democratische processen te beschermen. Los van de context van hacken door de staat, staat hier nu ook een artikel over de cybercapaciteiten van Israël.

Rusland

Rusland staat bekend om zijn uitgebreide desinformatiecampagnes en cyberaanvallen die erop gericht zijn het vertrouwen in democratische processen te verzwakken. De bekendste voorbeelden zijn het beïnvloeden van de Amerikaanse verkiezingen van 2016 en pogingen om de Brexit-stemming te beïnvloeden. Russische actoren maken vaak gebruik van sociale mediaplatforms om valse informatie te verspreiden en sociale verdeeldheid te vergroten.

China

China vertrouwt in toenemende mate op cyberaanvallen en desinformatiecampagnes om zijn invloed in Europa uit te breiden. Chinese hackersgroepen staan bekend om het uitvoeren van industriële spionage en het stelen van gevoelige informatie die vervolgens kan worden gebruikt om politieke beslissingen te beïnvloeden. China probeert ook de publieke opinie in Europa te manipuleren door pro-Chinese verhalen te verspreiden in de media.

Iran

Iraanse actoren gebruiken ook desinformatiecampagnes en cyberaanvallen om hun geopolitieke doelen na te streven. Deze campagnes zijn vaak gericht op het destabiliseren van het beleid van de VS en zijn bondgenoten in Europa. Iraanse hackergroepen gebruiken vergelijkbare technieken als hun Russische en Chinese tegenhangers.

Noord-Korea

Noord-Korea is een andere internationale speler die probeert verkiezingen en politieke processen wereldwijd, waaronder in Europa, te beïnvloeden via cyberactiviteiten. Hoewel Noord-Korea minder in de schijnwerpers staat dan Rusland, China en Iran, zijn er nog steeds aanzienlijke activiteiten afkomstig van Noord-Koreaanse actoren. Noord-Korea gebruikt ook desinformatie om zijn geopolitieke doelen te bereiken en politieke onrust te zaaien. Hoewel er minder gedocumenteerde gevallen zijn van directe verkiezingsinmenging door Noord-Korea, maakt het regime niettemin gebruik van cyberoperaties om politieke druk uit te oefenen en zijn belangen te beschermen, bijvoorbeeld door compromitterende informatie over politieke kandidaten te publiceren of propaganda te verspreiden.

Cybercriminaliteit als schaduweconomie: de rol van niet-statelijke actoren

Naast statelijke actoren spelen ook niet-statelijke groepen een doorslaggevende rol in het geopolitieke cyberlandschap. Cybercriminaliteit heeft zich ontwikkeld tot een zeer professionele schaduweconomie die jaarlijks miljarden genereert met chantagesoftware (ransomware), financiële fraude en industriële spionage. Bijzonder verraderlijk zijn de gevallen waarin door de staat getolereerde of zelfs gesteunde cybercriminelen specifiek de economische en politieke belangen van hun thuislanden bevorderen.

Het handboek laat zien hoe cyberdiplomatie wordt gebruikt als middel om deze bedreigingen te bestrijden. Internationale samenwerking, gezamenlijke onderzoeksteams en sancties tegen hackersgroepen behoren tot de weinige middelen die staten hebben om zich te verdedigen tegen digitale criminaliteit. Deze maatregelen falen echter vaak omdat het moeilijk is om de schuldigen aan te wijzen: wie zit er achter een aanval? Is het een particuliere groep, een collectief gesteund door een staat of een hybride actor die opereert tussen georganiseerde misdaad en staatsinvloed?

Een ander probleem is de toenemende privatisering van cyberbeveiliging. Terwijl staten hun digitale infrastructuur proberen te beschermen, is een groot deel van de veiligheidskritische middelen in handen van particuliere bedrijven. Samenwerking tussen overheden en technologiebedrijven is daarom essentieel – maar blijkt vaak moeilijk, omdat bedrijven economische belangen nastreven die niet noodzakelijkerwijs samenvallen met de veiligheidsdoelstellingen van staten.

Het is niet langer voldoende om cyberbeveiliging als een puur technisch probleem te zien – het is een politieke uitdaging die zal bepalen hoe de macht in de 21e eeuw wordt verdeeld.

Duitse Advocaat Jens Ferner

Cyberdiplomatie als strategische discipline: van normopbouw tot afschrikking

Het handboek maakt duidelijk dat de traditionele diplomatie worstelt met de uitdagingen van de digitale wereld. Veel bestaande mechanismen van internationale politiek zijn niet ontworpen voor de snelheid en complexiteit van cyberspace. De vraag hoe staten moeten reageren op cyberaanvallen staat hierbij centraal.

Sommige staten vertrouwen op afschrikking door middel van tegenmaatregelen, maar er is een dunne lijn tussen legitieme verdediging en escalatie. De ontwikkeling van internationale normen is daarom een belangrijk punt in cyberdiplomatie. De EU, de VS en andere spelers proberen regels op te stellen die escalatie voorkomen en duidelijke richtlijnen bieden voor het omgaan met cyberdreigingen.

Een ander belangrijk gebied is capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden. Veel staten zijn simpelweg niet in staat om zichzelf te verdedigen tegen cyberaanvallen, waardoor ze een aantrekkelijk doelwit vormen voor criminelen en statelijke actoren. Het handboek benadrukt dat cyberdiplomatie zich niet beperkt tot geopolitieke machtsspelletjes, maar ook een ontwikkelingsdimensie heeft.

Rechtsanwwalt Ferner zur Cyberdiplomatie: Cyberdiplomatie als strategische Notwendigkeit begreifen

Cyberaanvallen hebben zich ontwikkeld van geïsoleerde hackeraanvallen tot systemische bedreigingen voor staatsinstellingen, kritieke infrastructuur en economische stabiliteit. In deze context is cyberdiplomatie niet langer een theoretische discipline, maar een strategische noodzaak – ook al leven we momenteel helaas in een wereld waarin diplomatie (momenteel) op de terugtocht is.

Cyberdiplomatie als doorslaggevende factor voor mondiale veiligheid?

Cyberspace is niet langer een juridisch vacuüm, maar ook geen duidelijk gereguleerd gebied. Staten, bedrijven en niet-statelijke actoren zijn in een permanente strijd verwikkeld om controle, invloed en veiligheid. Een spiraal van escalatie zal uiteindelijk niets opleveren en “cyberdiplomatie” zal waarschijnlijk een onderdeel zijn van een uitweg.

Het hier gepresenteerde handboek laat op indrukwekkende wijze zien dat cyberdiplomatie niet alleen een discipline van buitenlands beleid is, maar een centraal strategisch instrument van nationale veiligheid en internationale samenwerking. Staten die aarzelend handelen op dit gebied riskeren niet alleen economische schade, maar ook verlies van geopolitieke invloed. Het is daarom essentieel dat politieke besluitvormers en strategen zich vertrouwd maken met de principes en mechanismen van cyberdiplomatie.

Ik ben een gespecialiseerde advocaat voor strafrecht + gespecialiseerde advocaat voor IT-recht en wijd mijn professionele leven volledig aan strafrechtelijke verdediging - en IT-recht als advocaat voor creatieve & digitale bedrijven en greentech. Voordat ik advocaat werd, was ik softwareontwikkelaar. Ik ben auteur in een gerenommeerd StPO-commentaar en in vakbladen.

Ons kantoor is gespecialiseerd in strafrechtelijke verdediging, witteboordenstrafrecht en IT-recht. Let op ons werk in kunstrecht, digitaal bewijs en softwarerecht.
Duitse Advocaat Jens Ferner

Door Duitse Advocaat Jens Ferner

Ik ben een gespecialiseerde advocaat voor strafrecht + gespecialiseerde advocaat voor IT-recht en wijd mijn professionele leven volledig aan strafrechtelijke verdediging - en IT-recht als advocaat voor creatieve & digitale bedrijven en greentech. Voordat ik advocaat werd, was ik softwareontwikkelaar. Ik ben auteur in een gerenommeerd StPO-commentaar en in vakbladen.

Ons kantoor is gespecialiseerd in strafrechtelijke verdediging, witteboordenstrafrecht en IT-recht. Let op ons werk in kunstrecht, digitaal bewijs en softwarerecht.